Eindhoven
kan het niet alleen
Drie steden vormen samen technologieregio - zoals
Wim Kok het wil
Door onze redacteur Marcel aan de Brugh
EINDHOVEN, 6 november 2004.
Europa moet meer innoveren, aldus het rapport-Kok van deze week. Eindhoven
heeft de boodschap begrepen. De stad wil een technologische hotspot
vormen samen met Leuven en Aken. ,,We hebben meer massa in de regio
nodig.''
Het wordt mogelijk in de toekomst: een tweezitsbank die een zacht sfeerlicht
uitstraalt. Wetenschappers uit Eindhoven werken eraan, samen met collega's
uit Leuven en Aken. Zoals ze ook kleding ontwikkelen met elektronica
die hartslag, ademhaling en bewegingen kan meten, en zo de gezondheid
van de drager controleert.
Het zijn voorbeelden van een nieuwe trend in Europa. Naburige steden
zoeken elkaar op en profileren zich als regionale kennisbolwerken. Eindhoven,
Leuven en Aken doen dat officieel sinds afgelopen maart toen de burgemeesters
van de drie steden een verklaring voor meer samenwerking tekenden. Ze
willen van hun regio een technologische hotspot in Europa maken.
,,Willen we ons staande houden in de wereld dan hebben we meer omvang
nodig'', zegt beleidsmedewerker Twan de Bruin van de gemeente Eindhoven.
Voor hem staat het vast: de toekomst van zijn stad staat op het spel.
Dat blijkt eens te meer uit een deze week verschenen rapport, dat onder
leiding van oud-premier Wim Kok is opgesteld.
Dat rapport doet aanbevelingen aan de Europese Commissie om de in het
slop geraakte Lissabon-doelstelling alsnog te halen. Volgens die doelstelling
moet Europa in 2010 de meest concurrerende kenniseconomie ter wereld
zijn. Maar dat doel is ver weg, en komt niet dichterbij. Gebrek aan
politiek engagement speelt daarbij een belangrijke rol, constateert
het rapport.
De groep-Kok beveelt onder meer aan om de uitgaven aan onderzoek en
ontwikkeling te verhogen, en om de samenwerking tussen universiteiten
en bedrijven te verbeteren. Gebeurt dat niet, dan legt Europa het af
tegen Amerika en Azië. In Eindhoven hebben ze die boodschap begrepen.
,,De ontwikkelingen in de wereld gaan zo snel tegenwoordig. Wil je ergens
in uitblinken, dan zal je als regio je specialismen moeten kiezen'',
zegt een woordvoerder van Philips Research in Eindhoven. De drie steden
zullen zich onder meer gaan richten op spraaktechnologie, auto-elektronica
en medische diagnostiek.
Volgens de Philips-woordvoerder moet er regionaal een soort symbiose
ontstaan tussen grote en kleine bedrijven, universiteiten, investeerders,
lokale overheden. Mensen moeten elkaar vaak ontmoeten. ,,Kennis moet
vloeien, zodat er voortdurend nieuwe ideeën ontstaan'', zegt hij.
Voor Philips betekende deze benadering een cultuuromslag. Traditioneel
was het bedrijf, zoals veel multinationals, zeer gesloten. Maar dat
is veranderd, nu alles draait om uitwisseling van kennis. Sinds vorig
jaar heeft Philips zijn campus in Eindhoven opengesteld voor andere
bedrijven. ,,We hebben geleerd dat sommige uitvindingen beter renderen
als we ze door een andere partij op de markt laten brengen. En anderen
ontwikkelen soms dingen die wij weer overnemen'', zegt de woordvoerder.
De technologische regio's mogen ook weer niet te groot worden. ,,Iedereen
moet elkaar binnen anderhalf uur kunnen bereiken, anders verliest het
zijn effect'', zegt directeur Peter Simkens van DSP-Valley, een netwerk
van veertig hightechbedrijven in de regio Leuven. Video-conferencing
is volgens hem te afstandelijk. ,,Het is makkelijker om met iemand in
zee te gaan als je hem al vaker hebt ontmoet.'' Simkens wil zijn netwerk
uitbreiden met bedrijven in Eindhoven.
Om internationaal mee te blijven draaien wil Eindhoven onder meer een
internationale school oprichten. Zodat de stad aantrekkelijk wordt voor
hoogopgeleide buitenlanders met kinderen. Het rapport-Kok stelt onder
meer dat Europa meer moeite moet doen om onderzoekers van wereldklasse
aan te trekken.
In Eindhoven liggen verder plannen om een instituut voor medische beeldvorming
op te richten. En het Holstcentrum voor micro-elektronica wordt uitgebreid,
met steun van het Leuvens IMEC. Directeur Simkens betwijfelt of de maakindustrie
uit België en Nederland zal verdwijnen, zoals wel eens wordt gesuggereerd.
,,Alles zou naar lagelonenlanden als India en China gaan. Maar daar
geloof ik niet in. Wij hebben voorlopig nog een creatieve voorsprong.
Om vernieuwende chips te bouwen, komt iedereen nog naar West-Europa.
Bovendien, landen als Zuid-Korea en Taiwan worden langzaam rijker, dus
gaan mensen er hogere lonen vragen.''
Lange lijst met ambitieuze
Europese steden
Eindhoven vormt samen met Leuven en Aken één technologieregio.
Ze zijn niet de enige Europese steden met een dergelijke ambitie. De
econoom Willem van Winden van de Erasmus Universiteit in Rotterdam herkent
de trend. Kopenhagen zoekt toenadering tot Malmö, Grenoble flirt
met Lyon, Helsinki wil samenwerken met Tallinn, Wenen met Bratislava.
Wil een regio succesvol zijn dan moet er in ieder geval een technische
universiteit zijn, zo weet Van Winden uit eigen onderzoek. Zowel Eindhoven
als Leuven en Aken hebben die. Ook moet er in de regio een mix van grote
en kleine bedrijven zitten. Eindhoven heeft onder meer Philips en ASML.
In Leuven staat het IMEC, een onderzoekscentrum dat vermaard is om zijn
kennis op het gebied van chipontwerpen. En in de laatste tien jaar zijn
er in de buurt zo'n tachtig hightechbedrijfjes opgericht.
Maar de drie steden hebben een nadeel, zegt Van Winden. Je moet niet
alleen technologie in huis hebben, maar je moet je producten ook mooi
ontwerpen, legt hij uit. Je moet dus ook ontwerpers hebben. Die komen
meestal af op een omgeving die cultuur en ontspanning biedt. En die
vind je over het algemeen in de hoofdsteden, al heeft Eindhoven zijn
Design Academy. ,,In Finland zitten alle ontwerpers in Helsinki. In
Zweden vind je ze in Stockholm'', zegt Van Winden. Verder ontbreekt
het in Nederland aan risicokapitaal.
--------------------------------------------------
Gelezen in het NRC van 6 november 2004
------------------------------------------------------------
|